Stephan Vanfleteren

HOE EEN FOTOGRAAF HET LEVEN GULZIG OMARMDE

Hij is al 33 jaar aan de slag als fotograaf, en is net vijftig geworden: een ideaal moment voor Belgisch fotograaf Stephan Vanfleteren om terug te blikken op zijn veelzijdige carrière in een grote overzichtstentoonstelling in Antwerpen. “Dit is geen ‘Best Of’, veeleer nieuw werk dat nooit werd tentoongesteld.”

Op 25 oktober was het zover voor Stephan Vanfleteren, en ging onder de titel Present in het Fotomuseum in Antwerpen zijn eerste overzichtstentoonstelling open voor het grote publiek. Tegelijk verscheen een gelijknamig boek, een beeldend verhaal van bijna vijfhonderd pagina’s waarin Vanfleteren ook zelf reflecteert over zijn spraakmakende carrière. Voor de tentoonstelling zonderde de fotograaf zich negen maanden lang af in zijn kelderarchief om in alle rust door zijn werk en leven te bladeren. En dat werk was op z’n minst overvloedig te noemen. Na een grondige selectie deelt hij in Present zijn zoektocht als beginneling, de vele confrontaties met de dood als persfotograaf en de schoonheid van de natuur.

INTROSPECTIEF

Na een studie fotografie aan het Sint-Lucas in Brussel ging Vanfleteren aan de slag als freelance persfotograaf voor De Morgen. Zestien jaar lang zwom hij zo in de wereld van de journalistiek. Voor zijn lens passeerden tijdens de jaren negentig de meest markante wereldgebeurtenissen, zoals de Rwandese genocide en de Kosovaarse Albanezen, die op de vlucht sloegen voor oorlogsgeweld. “De huisarts vreest voor mijn gezondheid en mijn yogalerares raadt me aan om trager te ademen”, schrijft Vanfleteren in Present. “Maar het is verdomd moeilijk om dit leven niet gulzig te omarmen.” Toch is Present voor Vanfleteren niet zozeer een retrospectieve tentoonstelling, gemaakt om terug te blikken op zijn carrière. Voor hem is het veeleer een introspectieve wandeling door zijn leven. “Dat klinkt als een citaat dat je zo in een talkshow kunt gebruiken, ik weet het, maar het voelt niet hol aan als ik het op die manier zeg”, vertelt de fotograaf in een gesprek met Knack. “Ik wilde nadenken over de keuzes die ik gemaakt en niet gemaakt heb, over wie ik ben, hoe ik geëvolueerd ben tot op de dag van vandaag.” Present gaat voor Vanfleteren over een langdurig proces waarin de hij zijn werk en leven langzaamaan vertraagde. “Mijn expositie is een soort poging om te tonen hoe een leven zich kan ontwikkelen, en hoe je een leven kan invullen. Kan, niet moet.”

Die evolutie is ook duidelijk merkbaar door de chronologische opbouw van de tentoonstelling. Van zijn studententijd over zijn prille begindagen als jonge persfotograaf tot poëtisch visueel kunstenaar, zie je Vanfleterens ambacht met elke foto verbeteren en zijn intentie duidelijker worden. Vooral indrukwekkend zijn de foto’s die hij maakte toen hij in 1996 samen met schrijver Jan Hertoghs naar de Verenigde Staten trok om er zich twee weken te laten vervoeren door de befaamde freight trains. Vergezeld door treinzwervers reisden ze dwars door het noordwesten van Amerika. Over die ervaring vertelt hij in zijn expo dat het fascinerend was om in de geest van muzikanten als Woody Guthrie, John Lee Hooker en Bob Dylan te reizen. “Het voelde alsof ik letterlijk in de sporen trad van Jack Kerouac en Ernest Hemingway.”

KARAKTERKOPPEN

Na de millenniumwisseling neemt Vanfleteren steeds minder opdrachten aan van dagbladen en kiest hij bewust voor langlopende projecten. Na de succesvolle melancholische beeldenreeks Belgicum interesseert Vanfleteren zich steeds meer voor de portretfotografie, waar hij nauwgezet de fysieke verschijning van zijn model bestudeert. Het zijn die portretten waar Vanfleteren vandaag vooral om bekend staat.

In zijn daglichtstudio in Veurne experimenteert Vanfleteren volop voor die indringende portretfoto’s. Een van de karakterkoppen waar Vanfleten trots op is, is die van Daan Stuyven. “Ik herinner me vooral dat hij een prachtig wit kostuum aan had toen hij langs kwam”, vertelde Vanfleteren tijdens een gesprek op Radio 1. “Ik wist meteen dat ik deze witte ridder van de muziek voor mijn lens moet halen.” Daan was echter niet de enige muzikant die voor de lens heeft gestaan bij Vanfleteren. Ook Bent Van Looy, Sylvie Kreusch, Warren Ellis, Bobbejaan Schoepen en Colin H. van Eeckhout en vele anderen vielen die eer al te beurt.

Amenra-frontman van Eeckhout was volgens Vanfleteren al jaren geïntrigeerd door het oeuvre van de fotograaf. Toen het gevoel wederzijds bleek, besloten de twee om samen het archief in te duiken om op zoek te gaan naar een albumcover voor het Amenra-album Mass IV. “Ik was altijd geïntrigeerd door de verwoesting en somberheid in Vanfleterens werk,” vertelt van Eeckhout in een gesprek met The Vinyl Frontier. De frontman liet meteen zijn oog vallen op de iconische zwaan in zijn Nature Morte-fotoreeks, waarin hij dieren fotografeert die dichtbij zijn huis gestorven zijn. “In één beeld weet hij de gratie en kracht van de zwaan te vatten als de verbijsterende rust en schoonheid die straalt uit zijn dood. Telkens ik naar het dier kijk, hoor ik onze muziek.”

SYNTHESE

Naast zijn eigen archief dook Vanfleteren voor Present ook in de omvangrijke collectie van het FOMU. Naast zijn overzichtsexpo cureert de fotograaf ook een hoogst persoonlijke keuze van allerlei dingen die hem doorheen de jaren beïnvloed hebben. Een fotograaf werkt immers niet in een vacuüm.

Geflankeerd door kortfilms, oude krantenknipsels en boeken kijkt Vanfleteren terug naar objecten waar hij zich diep verbonden mee voelt. Verspreid over de grote ruimte staan ook enkele beelden van zijn voorgangers die een duidelijk effect hebben gehad op de fotograaf. De eenzame zwart-witfotografie van Berenice Abbott, de rauwe, documentarisch-visuele stijl van Walker Evans, de modefoto’s van Irving Penn – allemaal komen ze op de een of andere manier terug in de foto’s van Vanfleteren.

Reacties