The National - Promo shoot for "I Am Easy To Find" Album, NYC, April 22nd 2019

The National

‘DIT IS HET MEEST EXPERIMENTELE DAT WE OOIT HEBBEN GEMAAKT’

Een gesprek met The National zouden we nooit afslaan, maar het helpt een interview natuurlijk wel vooruit als er zo veel redenen zijn om een groep te spreken: een nieuwe plaat, niet één maar twéé sets op Pukkelpop, en hoe zit dat precies met die kortfilm die bij het nieuwe album hoort?

Toen The National in september 2017 zijn zevende album Sleep Well Beast op de wereld losliet, leek de agenda van de vijf bandleden vastgeroest voor het komende jaar: er werd een wereldtournee gepland en in de zomer van 2018 zouden ze op de grootste festivalpodia aantreden als headliner. Daarna zou er welverdiende rust worden ingepland. Een sabbatperiode zelfs. Maar het spreekwoord luidt: ‘Life is what happens when you’re busy making other plans.’ Voor de bandleden was het een mail van regisseur Mike Mills die hun leven een nieuwe, onverwachte wending gaf. Naast het feit dat Mills de favoriete regisseur van zanger Matt Berninger is, zorgt zijn indrukwekkende cv er an sich al voor dat je zo’n mail als groep niet onbeantwoord laat. Doorheen zijn carrière maakte Mills clips voor onder meer Air, Moby en Yoko Ono, ontwierp hij hoezen voor Beastie Boys, Sonic Youth en Elliott Smith en haalde hij in 2017 een Oscar-nominatie binnen voor zijn film 20th Century Women. Met zijn mail naar The National hoopte hij een clip voor hen te mogen inblikken, maar dat werd heel snel veel meer. Voor beide partijen, trouwens.“Tijdens de opnames van onze laatste twee albums (Trouble Will Find Me uit 2013 en Sleep Well Beast, PD) hadden we heel wat onafgewerkte muziek opgestapeld. Die map hebben we naar Mike gestuurd als antwoord. We hadden nooit verwacht dat we een kortfilm terug zouden krijgen”, verklaart gitarist annex bassist annex pianist Aaron Dessner. Samen met zijn broer Bryce (gitaar) schrijft hij de meeste muziek van The National. “Toen we de ruwe versie van die kortfilm te zien kregen, leek het wel alsof dat bij iedereen een nieuwe creatieve ader aanboorde.”

Muziek als storyboard

“Sleep Well Beast voelde als het einde van een tijdperk voor The National,” vertelt Dessner, “maar Mike had onze onafgewerkte muziek helemaal uit elkaar gehaald en op nieuwe manieren aan elkaar geplakt. Dat voelde voor ons erg fris, zonder ervan vervreemd te zijn. De helft van het album zit in de film, maar we waren getriggerd om het geheel af te werken.” Cue I Am Easy To Find, hun achtste album, dat muzikaal gezien toch wat afstand neemt van het eerder werk van de groep.

“De samenwerking met Mike is uiteindelijk veel verder gegaan dan de film. De vibe zat heel erg goed en hij kwam ons vaak bezoeken in de studio. Dan gaf hij zijn mening over wat hij hoorde. Hij stelde de positie van bepaalde stukken in vraag, gaf aan waar hij meer orkestratie zou toevoegen en kwam met ideeën zoals het uitnodigen van een jongerenkoor. Als artiest zit je tijdens opnames soms zo dicht op je eigen muziek dat je gewoon niet hoort wat klopt en niet. Dan is zo’n outside voice een zegen, zeker van iemand als Mike, die het proces heel anders benadert dan wij. Hij bekeek onze muziek meer als losse elementen, als een storyboard dat hij kon editen, als een film. Dat heeft ervoor gezorgd dat dit album veruit het meest experimentele en ambitieuze is dat we ooit hebben gemaakt.”

The National – Promo shoot for
“I Am Easy To Find”
Album, NYC, April 22nd 2019

De 24 minuten durende kortfilm bracht nog wat veranderingen mee voor de herkenbare sound van The National. Voor het eerst in de geschiedenis van de groep neemt zanger Matt Berninger niet alle zanglijnen voor zijn rekening. Op heel wat nummers nemen vrouwen het voortouw. “De film vertelt het verhaal van het leven van een vrouw, prachtig vertolkt door Alicia Vikander (bekend van onder meer ‘Ex Machina’, ‘The Danish Girl’ en ‘Tomb Raider’, PD). Iedere vrouw moet zich aangesproken voelen – een tiener, een moeder, zus of dochter – maar ook mannen, want de film doet je vooral nadenken over waar jij je bevindt in je leven”, verklaart Dessner. “We wilden dat het album eenzelfde gevoel uitstraalde en zo veel mogelijk invalshoeken benaderde. Daarvoor hadden we oude stemmen, jonge stemmen, vrouwenstemmen en mannenstemmen nodig.”

En dus bracht de band heel wat talenten samen. Gail Anne Dorsey, vooral bekend voor haar werk met David Bowie, is met haar 56 jaar de ouderdomsdeken, terwijl Eve Owen (pas 18 jaar) aan het ander eind van het spectrum zit. Maar ook Lisa Hannigan, Sharon Van Etten, Kate Stables van This Is The Kit en Pauline de Lassus Saint-Geniès alias Mina Tindle zijn te horen op het album. “In eerste instantie voelde het vreemd aan om The National-nummers te horen met andere stemmen dan die van Matt, maar al snel zagen we er allemaal de schoonheid van in. De context kwam veel beter tot zijn recht.”

“De film en het album moet je zien als neven: ze vertonen gelijkenissen, maar hebben een andere achtergrond. De film voelt als één lang The National-nummer, met daarin alle thema’s die we ooit hebben aangeraakt verwerkt, terwijl het album vooral voortbouwt op de manier waarop de muziek in de film wordt gebruikt; heel experimenteel, geïsoleerd en verknipt. Voor ons als band brengt het de verandering die we aan het zoeken waren op dit punt in onze carrière.”

Open deur

Die carrière beslaat ondertussen al twintig jaar. In die tijd bracht The National acht albums uit, wonnen ze een Grammy en worden ze tegenwoordig enkel nog als absolute headliner geboekt. Dat was ooit anders, want hun doorbraak kwam er pas in 2007 met Boxer. Het voortbestaan van de band hing op dat moment aan een zijden draadje. Toch is hun line-up in die twintig jaar en ondanks alle spannende momenten ongewijzigd gebleven. “Er wordt geschreven dat we elkaar niet meer zouden kunnen luchten, maar dat is absoluut niet waar”, vertrouwt Dessner ons toe. “Er is gewoon een bepaalde soort chemie in de band die ervoor zorgt dat we elkaar enkel meer appreciëren én dat de creatieve ideeën niet opraken. Mijn broer en ik zijn geïnteresseerd in heel verschillende muziekstijlen, van vreemde popmuziek over klassiek tot folk, wat zorgt voor interessante kruisbestuivingen. Dan heb je onze drummer Bryan (Devendorf, PD) die bezig is met elektronica en geweldige beats aanbrengt. Matt is dan weer een fantastische schrijver die enkel beter wordt en zichzelf permanent pusht, en ten slotte heb je Scott (Devendorf, bassist, PD) die het grote plaatje altijd in het oog houdt en als klankbord fungeert. We kunnen elkaar blindelings vertrouwen en dagen elkaar uit om dingen soms anders te benaderen en te blijven evolueren. We willen niet zo’n band zijn die hetzelfde idee blijft recycleren.”

We zijn een ‘open door band’ die graag en veel samenwerkt met andere artiesten om zo creatief verrijkt te worden’

AARON DESSNER

Een goede onderlinge verstandhouding doet veel, maar Dessner wijst ook nog enkele andere belangrijke dingen die The National gezond houden. De zijprojecten van de bandleden, bijvoorbeeld. Berninger heeft EL VY, Aaron Dessner zit samen met Justin Vernon van Bon Iver in Big Red Machine, zijn broer Bryce is een veelgevraagde klassieke componist die al samenwerkte met grootheden als Philip Glass, Steve Reich en Radiohead-gitarist Jonny Greenwood, terwijl de gebroeders Devendorf samen nog het project LNZNDRF hebben. “Al die projecten geven iedereen de kans om met andere invloeden in contact te komen. Sowieso is dat een van de belangrijkste principes van onze band; we zijn een open door band die graag en veel samenwerkt met andere artiesten om zo creatief verrijkt te worden. Samenwerken met iemand als Sufjan Stevens, daar leer je van bij, daar groei je van als band en dat neem je mee in de rest van je carrière.”

Als laatste troef wijst Dessner ons op de onbreekbare mentaliteit van de band. “We don’t quit. Nobody quits. Oké, we zijn wel doorgebroken, maar zelfs na Boxer is dat altijd geleidelijk gegaan. We zijn nooit de nummer één-band geweest, maar dat vinden we net goed. We zijn geen flash in the pan, geen eendagsvliegen. Fans komen naar onze shows en genieten van de volledige set, ze zitten niet te wachten op die ene hit. Dat zorgt ervoor dat onze muziek blijft leven en er een dialoog met het publiek wordt aangegaan. Die connectie met hen is zeker ook een van de redenen waarom we geïnspireerd en gemotiveerd blijven om dit te doen.”

Koor

Die connectie met het publiek proberen ze dan ook in stand te houden door veel te toeren en door speciale optredens te geven. In thuisstad Cincinnati organiseerden ze in 2017 hun eigen festival, maar ook België krijgt al eens een aparte behandeling. Zo speelden ze twee jaar geleden onaangekondigd en integraal hun doorbraakplaat Boxer in Vorst Nationaal. “We hadden twee optredens moeten afzeggen in jullie land omdat we voor Barack Obama moesten spelen”, verklaart Dessner. Al is dat niet de enige reden. “Het Belgisch publiek is altijd heel omvangrijk en gepassioneerd geweest. Voor we elders in Europa aandacht kregen, werden we hier al opgepikt. Dat vergeet je niet zomaar. Daarnaast is Jan De Mars, onze labelmanager in België, de coolste persoon in de muziekindustrie én een persoonlij ke vriend. Spelen in België betekent tijd spenderen met hem en dat is altijd fijn. You gotta thank him, really”, besluit Dessner lachend.

Deze zomer kregen we nog maar eens een aai over de bol, want The National stond maar liefst twee keer geprogrammeerd op Pukkelpop. De eerste set was de gewone set, waarin I Am Easy To Find centraal stond; de tweede was dan weer een fancurated set, waarbij fans vooraf konden stemmen op hun drie favoriete nummers uit het oeuvre van de band. De songs met de meeste stemmen werden gespeeld. “Los van het feit dat het een leuk concept is,” zegt Dessner, “is het ook een interessant experiment om te weten te komen welke nummers onze fans het liefst live willen horen. Dat kan onze optredens in de toekomst misschien wel beïnvloeden.” We vragen hem voor het afsluiten nog snel of hij door al die shows in ons land dan ook Belgische artiesten kent, maar Dessner geraakt niet verder dan Jacques Brel. Lachend zegt hij nog dat hij fan is van de Rode Duivels en als supporter van Liverpool houdt van Divock Origi – die met zijn goals de club de Champions League deed winnen – maar minder van De Bruyne aangezien die met Manchester City de landstitel won ten koste van Liverpool. “If your musicians are as good as your football players, I definitely should start checking that out.”

Reacties